 |
|
Werper
|
dekt het 3e honk. Speelt zo diep mogelijk.
|
|
Catcher
|
verdedigt de thuisplaat.
|
|
1e honkman
|
volgt de loper naar het 2e honk, dekt het honk en staat klaar om te spelen op dat honk.
|
|
2e honkman
|
gaat naar een plaats in het midveld, in een lijn met het 3e honk, om als relayman te gaan spelen.
|
|
Korte stop
|
volgt tot ongeveer 10 meter achter de 2e honkman in een lijn naar het 3e honk.
|
|
3e honkman
|
dekt het 3e honk.
|
|
Linksvelder
|
komt in, richting 3e honk.
|
|
Midvelder
|
verwerkt de bal en gooit naar relayman
|
|
Rechtsvelder
|
dekt de midvelder als de bal in het rechtsveld wordt geslagen. Als de bal in het linksveld wordt geslagen, komt hij in, richting 1e honk.
|