Clinics

Jeugdcoaching

Coaching jeugdhonkbal

Lesgeven kent haar eigen beloning, n.l.:

  • PLANNEN maken,
  • RICHTLIJNEN geven
  • en PLEZIER beleven.

Het genoegen dat men ondervindt in sport te coachen, op elk niveau, is het plezier van het zien van verbeteringen, seizoen na seizoen.

Het is zeer wel menselijk, dat de coach gelooft dat hij ook maar iets te maken heeft met deze verbeteringen. Voor de coach van jeugdhonkbal is dit plezier samengeperst in een paar gelukkige maanden tijdens de zomer. Die knul op het 2e honk, degene die nog twee linker voeten had toen de zomer begon, maakt nu net zo gemakkelijk de backhand stap ver achter het honk, komt op, zet zijn voet vast en gooit de bal op tijd naar het 1e honk.

Dat is het soort beloning dat het leven waard maakt om geleefd te worden en dat er tevens voor zorgt, dat volwassen mannen ontelbare uurtjes vrijmaken om kinderen te veranderen in honkbalspelers. Zulke veranderingen gebeuren elk seizoen, in verschillende gradaties, afhankelijk van hoeveel aandacht is geschonken aan de begeleiding. Het is een soort natuurlijk groeiproces, net zoals een tuin.

De komende coachkneepjes hebben direct betrekking op de beginnende jeugdhonkballers, niet op enig ander niveau van het honkbal. Weinig volwassenen ‚ en vooral weinig volwassenen die reeds een jeugdteam gecoached hebben‚ zullen beamen, dat ze eigenlijk maar bitter weinig van dat goede oude spel hebben begrepen. In de vorige generatie zou dat hetzelfde zijn als beamen, dat men geestelijk gestoord zou zijn. Echter, in de eerste plaats weten maar weinig volwassenen werkelijk zoveel over honkbal als dat ze denken dat ze weten, of ze het nou zelf gespeeld hebben of niet. En een weinig kennis is een gevaarlijk iets.

Ted Williams wist b.v. alles over het slaan van de bal, maar niets over de menselijke eigenschappen, waardoor hij faalde als manager. Een andere coach kwam in dit vak terecht, omdat hij een goed verhaal schreef over het SAMENSPEL. De andere kant van de medaille is dat een gemiddelde honkbalsupporter er waarschijnlijk genoeg over weet om een hoofdklasse team aan te kunnen. De eigenaar van de Chicago White Soxs gaf gestalte aandit voorgaande, toen hij in 1915 bij het genot van een glas bier, een job als manager gaf aan zijn favoriete cafe-eigenaar. Deze slaagde erin om in 3 jaar tijd de White Soxs naar een World Series overwinning te sturen.

Dit alles heeft natuurlijk weinig te doen met het coachen van jeugdhonkbal. Zo vele goede tactieken, de opofferingsstootslag, de hit-and-run, de opzettelijk 4-wide, zijn waardeloos in het jeugdhonkbal. De double-play is een zeldzaamheid. Op ieder niveau van het honkbal, als er een speler uit is en er een loper is op het eerste honk, schreeuwt men, TWEE, jongens, TWEE.

In jeugdhonkbal zou men moeten roepen: EERST DE ENE DAN PAS DE TWEEDE.

Alles echter, begint bij de coach en diens INZET.

Pages: 1 2

Tags