Aanval

STOOTSLAG

Dit hoofdstuk staat geheel op zich zelf, omdat het de eenvoudigste manier is om de bal in het spel te brengen, speciaal wanneer er minder getalenteerde slagmensen aan slag staan. Een gestoten bal richt meer dan ooit een verwoesting aan in het infield. Dat is ook het doel, om iets te laten gebeuren. De opofferingsstootslag (een geliefd deel van het percentage honkbal) is van geen waarde op jeugdniveau. Nullen zijn te kostbaar hier. Niet eens een hoofdklasse speler kan goed een dragbunt neerleggen. Het is dus gekkenwerk om dit de kinderen te leren. Leer ze de eenvoudigste manier om de knuppel tegen de bal te krijgen. De eerste beweging is een stap met de voorste voet naar links, terwijl de andere voet er naast gezet wordt. Het lichaam is dan naar de pitcher gekeerd. Deze dubbele voetbeweging wordt uitgevoerd op het moment, dat de pitcher begint met zijn beweging. De rechterhand schuift naar het midden van de knuppel, de duim er bovenop en de vingers er onder. De linkerhand sluit daarna aan. Met de knieen gebogen wacht de slagman de bal af. De knuppel wordt hoog en schuin in het slaggebied gehouden. Is de bal laag, zakt de slagman door zijn knieen. Stootslagoefeningen zijn een vast terugkerend onderdeel van elke training. Spoedig zullen de meest inefficiente slagmensen nauwkeurig een stootslag neerleggen. Sta niet toe dat jonge spelers over de knuppel heen leunen, wanneer deze de bal raakt. Dit leidt tot tandarts rekeningen.

De tweede slagregel.

Het moet een automatisme zijn, hoe goed een slagman ook is, dat iedere slagman de knuppel moet inkorten, bij het bereiken van de 2-slag stand.

Het motto luidt: CHOKE UP THE BAT AND JUST MEET THE BALL.

Pages: 1 2